Afbeelding

Wijze levenslessen van gewezen bouwmaterialen handelaar Frits van Buren

Zakelijk

HELLENDOORN - Buiten bot de tulpenboom in rap tempo uit. Het uitzicht op de Heldernse Es is magnifiek. De tuin ligt er bijna onberispelijk bij. “Dat doe ik zelf nog. Veel werk, dat wel, maar houdt me soepel. Het gras doet de robotmaaier. Dat scheelt. Wat woj van miej weten’ trapt Frits van Buren (86) zelf maar af.” De beide uiteinden van de keukentafel en stoelen liggen bedolven met informatie over activiteiten die hij vooral na zijn vervroegde uittreding bij zijn bedrijf oppakte (Zie kader).

Het kenmerkt de oud ondernemer ten voeten uit. Er zijn voor de gemeenschap, steek de handen uit de mouwen als je het nog kuntFrits van Buren komt uit een ondernemersgezin. “Mijn grootvader Frederik van Buren was van 1886 en was één van de oprichters van de plaatselijke Raiffaisenbank, oftewel één van fusiebanken waaruit Rabobank is ontstaan. Mijn vader Hendrik van Buren was van 1910 en was timmerman bij het aannemingsbedrijfje Harmsen in Hellendoorn. Mijn grootvader had door zijn werk veel contacten met z’n dorpsbewoners maar ook in de buurtschappen Egede, Elen en Rhaan en Marle.”

“Hij nam de bouwmaterialenhandel in 1930 over”

“De plaatselijke aannemer Podt uit Nijverdal dreef ook nog bouwmaterialenhandeltje. Het stelde niet heel veel voor maar mijn vader zag er blijkbaar toch brood in. Hij nam de bouwmaterialenhandel in 1930 over. Hij kocht de loods van Wibbelink aan de Spoorstraat in Nijverdal, direct aan het spoor. Ik weet het nog goed dat ik Gerrit Jan Hallink op de bakfiets met vijf zakken cement hielp drukken als de weg wat omhoogliep. Het assortiment beperkte zich tot cement, pannen, triplex en binnendeuren.” 

“Vanwege ruimtegebrek en dat de spoorwegen de dienstregeling van het zogenaamde Bello lijntje beperkte, verhuisde in 1961 de handel naar de Joncheerelaan en een zijstraatje daarvan. In 1974 pleegde men nog een overname van een bouwmaterialenhandel “De Brug” aan de Wierdensestraat, daar waar zoon Wim een Formido bouwmarkt dreef. Inmiddels is hij daar gestopt en is het nu Praxis.”

Ziekenhuis

Concurrent Ten Voorde, van de Brug, kwam bij dezelfde klanten als de onze, maar met andere producten. Die overname leek ons een goede zet. We zagen vervolgens dat de algehele welvaart toenam, dus ook een toename van het bouwvolume. We wilden verder, als eerste een nieuwe showroom aan de Joncheerelaan. Dat was nodig voor de keukens en badkamers. Bovendien moesten we wat doen met het binnenklimaat. ’s Zomers was het in de oude toonzaal bijkans 40 graden en in de winter was het steenkoud. Maar ja, mijn vader was aandeelhouder en bestuurder, samen met mij. Toen hij in het ziekenhuis lag met hartproblemen, gaf hij ons in het ziekenhuis toestemming om de bouw van een showroom te starten. Zo ging dat toen. Toen we klaar waren hadden we de mooiste showroom van Oost-Nederland. Daarna is ook de overdracht van het bedrijf naar mij toe georganiseerd. Ik had drie zussen die geen bemoeienissen met het bedrijf hadden.”

“ik wilde eigenlijk timmerman worden”

“Zodoende rolde ik er vanzelf in. Maar ik wilde eigenlijk timmerman worden. Ik volgde de LTS bouwkunde opleiding in Almelo, maar de familie vond het nuttig om ook nog een handelsopleiding te volgen, want men ging er voetstoots vanuit dat ik de bedrijfsopvolger zou worden. De vakken geschiedenis en aardrijkskunde vond ik echter veel mooier. Uiteindelijk werd ik toch wel de bedrijfsopvolger. Ik hield me bezig met stenen en pannen en de logistiek. Als ze mij vroegen wat ik deed was mijn steevaste antwoord – stenen en pannen. We zijn altijd trots geweest op het wagenpark. Op de top hadden we wel vijfentwintig vrachtwagencombinaties. We zijn in 1953 begonnen met 1 vrachtauto, een Tempo Matador, met een laadvermogen van 1000 kg.”

“Het was knokken om te overleven”

“We behoorden op een gegeven moment tot de tien grootste bouwmaterialenhandels. Maar we hebben ook slechtere jaren gekend. In de jaren tachtig lag de bouw op z’n gat en waren de rentes torenhoog. Het was toen knokken om te overleven. De zware financiering van de groei en showroom voelden we terdege. Maar we namen ook over. Partijen die het misschien nóg slechter hadden dan wij.” 

Een goed ondernemerschap. Wat is dat?

“Hou contact met je klant, kén je klant, kén je personeel, kén zijn familie. Zorg voor een goede boekhouding en ken óók de leveranciers en onderhoud daar goed contact mee. En in onze handel vond ik het een must dat je zélf het transport deed. Je hebt dan meer zekerheid dat de producten goed worden afgeleverd. Dat was althans onze visie. Ga als ondernemer, als leider niet in een ivoren toren zitten, zorg dat de neuzen dezelfde kant uitstaan. Half acht op de bouw lossen is half acht op de bouw lossen. Ik ben in 1998 met de vervroegde uittreding gegaan, waarbij Henk de leiding van mij overnam. Om bij te blijven en om verder te groeien gingen de overnames door en werd er in 2 fasen nieuwgebouwd op het industrie ’t Lochter te Nijverdal”. En zijn er nog een aantal vestigingen bijgekomen.

“Ik droom er nog vaak over”

We nemen een paar stappen in de geschiedenis. “Door de hevige concurrentie in combinatie met dat de bouw het toch stukken minder deed, is de onderneming uiteindelijk overgenomen door de BMN groep. Natuurlijk deed me dat zeer, je moet er op een moment overheen stappen. Maar ik droom er nog vaak over. Dat er bijvoorbeeld een vrachtwagen in de sloot rijdt. Ja, echt.”

Wat zou je achteraf gezien anders hebben gedaan? 

“’s Zaterdagsmiddags was de mooiste middag, dan was ik samen met alle 4 kinderen op de zaak aan het werk, zoals het laden en lossen van vrachtauto’s en dan koffiedrinken bij oma. De jongens een blauwe overal aan. Ze reden met 14-15 jaar al op de heftruck. Omdat het sjouwen van zakken cement te zwaar werd, heb ik in 1965 de eerste heftruck gekocht, een Guldner H20. En ook in 1965 een nieuwe Scania-Vabis met kraan om op de bouw de stenen te lossen. Voorheen was dat nog handwerk. Midden jaren zeventig investeerden we in de eerste computer voor de boekhouding. Dat ding kostte een gigantische bedrag van 130.000 gulden.” Frits peinzend: “En wat ik meer had moeten doen, is meer aandacht aan de kinderen geven. Desondanks is de familieband gelukkig goed. Iedereen kan met iedereen door de deur.” 

“In 1981 heeft ons bedrijf zicht aangesloten bij de Inkoop vereniging IMABO waar we veel producten konden betrekken. Vele jaren zijn we de grootste handelaar van IMABO geweest. Tot we eind jaren negentig weer op onze eigen benen konden staan en hebben we IMABO vaarwel gezegd. Jaren lang ben ik logistiek commissaris geweest bij IMABO.”

Organist 

Na zijn pensioendatum is Frits van Buren niet achter de geraniums gekropen. Frits vertelt: “Je mag wel zeggen dat ik sociaal en kerkelijk bij het dorp betrokken ben. Maar ik wilde er niet beter aan worden. Het lintje dat ik kreeg was een mooie blijk van waardering. Mijn grootvader en mijn vader waren op een andere manier betrokken bij ons dorp. Beiden waren ze organist van ’n Oaln Griezen. Ik kerk er nog regelmatig maar ik zie het wel vergrijzen.”

Stapel boeken van je hobby’s. Lees je nog wat anders?

“Wekelijks lees ik EW, en diverse kranten. En ik ben nu het boek aan het lezen van Femke van der Laan, “Aan de randen van de dag” . En “Los van alles, zwerven over de wereldzeeën van Mariska Woertman. Toen mijn vrouw Gerry overleed, in 2009, kon ik nog geen ei koken. Zij gaf haar kookkunsten niet uit handen. Als ik tussen de middag thuiskwam stond bij wijze van spreken de maaltijd al klaar, de soep al in het bord. Mijn dochter Suzanne heeft mij leren koken. Van haar kreeg ik het kookboek: ‘Een eenvoudig kookboek voor kamerbewoners’. Nu kook ik 3 dagen van de week en mijn levenspartner Annie Smelt 4 dagen. 

Tekst en foto’s: Gerard Voortman

 

Apart kadertje

Na z’n pensioendatum is Frits van Buren niet achter de geraniums gekropen. Frits zette zich met veel plezier in voor het niet te evenaren feest naar aanleiding van 900 jaar Heldern, waarbij de buurtvereniging De Woerthe de 1e prijs kreeg met de zorgvuldig nagebouwde Bello trein. Dat was een levensechte kopie van de trein die vroeger over het traject Hellendoorn- Neede reed. “Nu hou ik me bezig met Oald Heldern de Noaberschop. Dat is een stichting die het museum Erve Hofman exploiteert. Ik heb daarbij de supervisie over de gebouwen. Daarnaast ben ik betrokken bij evenementen zoals de Palmpasen optocht, het paasvuur en het eierkuuln en de Harmonicadag. Over het grote feest van Hellendoorn 900 jaar het volgende: Ca. 1995 kreeg ik van fotograaf Chis Kuyk alle films van dit grote feest, de films waren niet ingesproken, zogenaamde stomme films. Na mijn pensioengerechtigde leeftijd heb ik alles uitgezocht en het geheel in een tijdlijn gezet en ingesproken met vier andere mensen. Ook kreeg ik van Chris Kuyk nog 3600 negatieven over het feest van Hellendoorn 900 jaar. Ook deze zijn allemaal uitgezocht. 

Afbeelding
Afbeelding