Jan en Ingrid de Kock.
Jan en Ingrid de Kock. Simon Dirks.

Autobedrijf De Kock gaat na veertig jaargeschiedenisboeken in als dorpsgarage

Zakelijk

WIERDEN – Autobedrijf De Kock sluit na bijna veertig jaar op 1 oktober haar deuren. Jan en Ingrid de Kock  hebben het lastige besluit genomen en hun trouwe klantenkring reeds ingelicht. Het onbemande tankstation van Esso blijft overigens wel open. De aanstaande sluiting van het autobedrijf aan de Almelosestraat heeft persoonlijke redenen. Mede de gezondheid van Jan – artrose en versleten gewrichten, spelen mee. Ingrid: “En we zijn sinds kort opa en oma, ook heel mooi. Dan kunnen we ons daar meer op gaan richten, toch?”

Sommigen klanten komen al veertig jaar bij de Wierdense garage. “Ja, ze vroegen ons ‘woar mut vie straks dan toch hen, Jan?’. Dat doet je wel wat hoor, maar hoe graag je ook wilt, je moet toch voor jezelf kiezen”, vertelt Jan oprecht. “Gelukkig zijn de contacten met andere garages in Wierden goed. Klanten kunnen daar terecht of ze kiezen er voor om met onze personeelsleden mee te verhuizen naar een ander bedrijf in de regio.

Trap onder gat

Bij Jan stroomt als het ware motorolie door de aderen. Al van jongs af aan is hij geïntrigeerd door de techniek, mede doordat zijn vader met succes een onderneming in vrachtwagens exploiteerde in Goor. Later kwamen daar ook luxe wagens en het subdealerschap van Mazda bij. “Ik kwam daar al als achtjarige over de vloer om wat klusjes te doen, zoals de zaak aanvegen en klanten helpen bij de benzinepomp.” In die tijd werd er nog knetterhard gewerkt, herinnert Jan. “Haha ja, de werkjongens hadden nog klompen aan; af en toe als je niks deed kreeg je wel eens een trap onder je gat.”

En dankzij de vele uren op de werkvloer groeide ook de interesse voor het sleutelen en de autotechniek. “Dat kwam de inzet voor school niet altijd ten goede”, laat Jan weten. “De tas met boeken werd in de hoek gegooid, ik vond de praktijk veel interessanter. Direct na school ben ik ook begonnen met werken, eerst elders, maar na een paar jaar in ons familiebedrijf. Mijn vader verkocht de zaak in Goor en we zijn naar Wierden verhuisd. En ik weet nog dat hij van het een op andere moment thuis kwam met de mededeling ‘ik heb een garage gekocht’. Dat was de start van autobedrijf ons autobedrijf aan de Almelosestraat, in 1984, door mijn vader en broer Piet. Ik ben er in 1986 gaan werken en heb het bedrijf overgenomen in 1988.”

Hart voor de zaak en klant 

Het succes van autobedrijf De Kock groeide met de jaren, mede dankzij de toevoeging als APK-keuringsstation in 1985. In Wierden staat het universele autobedrijf als dorpsgarage bekend, een plek waar je even binnen komt als er problemen zijn. Jan en zijn personeel denkt met de klant mee. Er wordt niet op de klok gekeken als er aan auto’s geklust wordt. “Dat is misschien ook wel het manco van Jan”, spreekt Ingrid uit. “Hij heeft hart voor de zaak en de klant, maar vergeet dan soms zichzelf. Ik ben wat zakelijker ingesteld. Sinds begin deze eeuw ben ik werkzaam binnen het bedrijf, voor de administratie en boekhouding en randzaken.”

Het werk in de autobranche is pittig en is bovendien aan verandering onderhevig. Ook dat speelt voor Jan en Ingrid mee in het besluit om de zaak van de hand te doen. “Vroeger waren auto’s ruim opgebouwd en kon je overal zo bij. Daar komt bij dat je tegenwoordig veel elektrotechnische kennis moet hebben, er verandert heel veel in een korte periode. Dat moet je bijhouden en ik merk dat dat ook wel wat lastiger wordt. Bovendien werken de gewrichten in bijvoorbeeld mijn handen niet meer mee. Je moet soms een slangenmens zijn wil je ergens bij kunnen.”

Ingrid haakt aan: “Dat is inderdaad ook zo en die problemen met artrose spelen al langer mee. Dan kun je nog wel een paar maanden – bijvoorbeeld tot precies het veertigjarig jubileum – door gaan en alles overbelasten, maar wil je dat? Jan is 29 jaar lang ook vrijwillig brandweerman geweest, maar moest vanwege zijn conditie daar in 2018 al afscheid van nemen. Hij heeft voor deze inzet een mooie waardering gekregen, geridderd in de Orde van Oranje–Nassau.”

De personeelsleden van het autobedrijf hebben inmiddels werk op andere locaties gevonden. Een overnamekandidaat voor de garage is (vooralsnog) niet gevonden, maar Jan laat weten dat het pand ook nog voor andere doeleinden in de verhuur kan komen. “Er komt vast nog wel iets op ons pad.” Jan wil eerst uitrusten en daarna komt er nog wel een nieuwe uitdaging. “Niets moet meer alles mag.” Hij houdt ervan om zich dienstbaar te maken en hij heeft zijn APK-cursus nog verlengd voor twee jaar. Maar eerst de komende periode even niks. “We moeten het bedrijf afsluiten, dat kost ook nog genoeg tijd en werk.”